Groene zwaailichten voor brandweervrijwilligers: het proefproject over het ‘hoffelijkheidslicht’ is gestart.

Het hoffelijkheidslicht zal de brandweervrijwilliger die op weg is naar de kazerne om hulp te bieden bij een brand of een ongeval, herkenbaarheid geven in het verkeer. Andere weggebruikers krijgen zo de kans om hen vrije baan te geven. “Het licht is een uitnodiging aan andere weggebruikers om zeker voor deze hulpverleners die op weg zijn extra hoffelijk te zijn. Weggebruikers wíllen vaak wel doorgang verlenen aan de vrijwilligers, maar herkennen hen tot op heden veelal niet of nauwelijks”, verduidelijkt Kamerlid Jasper Pillen. “Het is dus een kwestie van herkenbaarheid. Het licht komt er zonder sirene waardoor het voertuig in geen geval prioritair wordt en dus blijft de wegcode voor de betrokken vrijwilliger gelden.”

In totaal nemen 20 vrijwilligers over vier hulpverleningszones (5 per zone) deel aan het proefproject in de hulpverleningszones Luxemburg, Waals-Brabant, Oost (provincie Oost-Vlaanderen) en de Kempen. Kamerlid Marianne Verhaert, die het wetsvoorstel samen met Pillen indiende, is tevens burgemeester in die laatste hulpverleningszone. “De vrijwilligers zullen in de proeftuinen 4 maanden zonder en 4 maanden mét hoffelijkheidslicht rijden”, weet Marianne Verhaert. "Op die manier willen we het effect meten op aanrijtijden van vrijwilligers, op de hoffelijkheid die ze genieten van andere weggebruikers en op het veiligheidsgevoel van de betrokken vrijwilliger. Verkeersinstituut Vias zal het project ondersteunen.

Pillen en Verhaert trekken het initiatief samen met burgemeesters Tania De Jonghe (Ninove) en Tim Vandenput (Hoeilaart): “Burgemeesters zijn verantwoordelijk voor de brandweer. Elk initiatief ter ondersteuning van onze vrijwilligers loont de moeite. We geloven in dit initiatief en zijn benieuwd naar de testresultaten.” Het proefproject loopt nog tot eind dit jaar.